Ik zal maar gelijk met de deur in huis vallen:
Ik heb niet zoveel geduld…
Tenminste op bepaalde vlakken, met mensen heb ik juist veel geduld.
Ook Carlo wijst de kinderen daar vaak op: ‘Mama heeft echt veel meer geduld met jullie’.
Boffen zij even.
Met mijzelf heb ik al een stuk minder geduld.
En als het om regelzaken gaat, is mijn geduld nog sneller op.
Ik heb soms best even tijd nodig om aan een idee te wennen, maar als ik daar dan aan gewend ben, dan regel ik het ook gelijk.
Het beroepingswerk was dan bij tijden ook best lastig voor mij.
In het begin was ik zelf voorzichtig en terughoudend.
Maar toen ik eenmaal aan het idee gewend was, ontstond er een verlangen.
Een vlammetje wat ontbrandde en niet meer te blussen was.
En dan duren kerkelijk processen en formaliteiten best lang.
Ik ben blij dat het allemaal achter de rug is.
Hoewel…deze week werd ik weer met mijn neus op de feiten gedrukt.
Het blijft nog even een oefening in geduld.
Vrijwel iedereen om ons heen gaat ervanuit dat we in een pastorie van de kerk gaan wonen. Wij weten zelf natuurlijk al lang dat dit niet het geval is.
Diezelfde mensen schrikken dan als ze horen dat we nog geen huis hebben, hoe gaan we dat dan doen?
En dat vragen we onszelf ook dagelijks wel even af.
Hoe gaan we dit doen?
Met deze woningmarkt lijkt het een onmogelijke opgave.
Aan de ene kant willen we het loslaten (zie vorige blog) en er op vertrouwen dat óók dit stukje goed gaat komen.
Aan de andere kant wil ik het geregeld hebben en wel nú!
We vertelden de middelste twee kinderen dat ze na de zomer in Andel op school gaan starten, of we nu wel of nog geen huis hebben. Dat leek ons het beste. We schrokken echter van de reactie van één van de twee, daar waren toch weer even traanogen. Hij zag ons idee toch niet zo zitten, nog in Waalwijk wonen en al wel in Andel naar school.
Oma grapte toen ‘dat hij dan maar een tentje op het kerkplein moest zetten’.
Dit grapje deed mij aan Abraham denken, die ook werd geroepen.
Geroepen om zijn hele hebben en houwen op te pakken.
Geroepen om Gods weg te gaan, weg uit zijn vertrouwde omgeving.
Op goede momenten denk ik, we moeten net als Abraham vertrouwen hebben, dat God ons ook op dit punt zal leiden.
En op slechte momenten, wanneer ik geen geduld meer heb, denk ik schamper:
Abrahams roeping was wel lekker makkelijk, hij hoefde alleen zijn tent maar op te pakken…zo kan ik het ook!
Heer, laat mij delen in Uw geduld als ik het geduld niet kan opbrengen.
Hoi Matthea, qua geduld kunnen wij de handen schudden, daar heb ik ook wel es moeite mee.
Ik heb je brief in het blad van onze kerk gelezen, een menselijk verhaal zoals het is, het blinkt niet altijd, en het gaat van de top van de berg naar de diepe dalen, herkenbaar!
Maar in die diepe dalen vindt ik God als ik uit geknetterd ben op mezelf op God en mensen om mij heen (dat zal bij mij denk ik wel wat erger zijn). Dan komt de stilte en de ruimte terug voor God die ik weggemoffeld had.
Ik hoop dat jullie je snel thuis zullen gaan voelen, dat er mooie contacten ontstaan en dat je gezegend mag voelen en zijn in je bediening in Andel door God de Vader en Zijn Zoon Jezus met als kroon de Heilige Geest. En niet alleen Jij en je gezin maar ook wij als gemeente dit alles mogen ervaren en voelen. Nog een goede voorbereiding toegewenst.
Johan Antonides.
Hoi Matthea,
We houden funda mee in de gaten voor jullie.