
Bovenstaande kop stond afgelopen donderdag op de voorpagina van het Nederlands Dagblad. En ik kan alleen maar zeggen dat het voor mij ook geldt.
In mijn hoofd heb ik al zeker 36 kerstpreken geschreven, maar één voor één werden ze afgekeurd, vervangen door een ander of geparkeerd voor volgend jaar (?).
Het is mijn eerste keer dat ik voor mag gaan met Kerst.
Eerder ben ik al eens voorgegaan op Tweede Kerstdag, maar dat is toch anders.
Vorig jaar zou ik met Kerstnacht mogen preken, maar die dienst werd afgezegd vanwege de coronamaatregelen.
Zodoende wordt Kerstochtend 2022 de eerste keer.
En ook nog eens de eerste keer in eigen gemeente.
Ik vind het altijd leuk om thuis een beetje te sparren over mijn preken.
Deze keer vroeg ik aan één van de jongens: ‘Waar zal ik met Kerst eens over preken’.
Het was als een grapje bedoeld, maar hij vatte het erg serieus op.
Het bleef even stil, maar toen zei hij: ‘Ik denk eigenlijk wel dat je over het kerstverhaal moet preken’.
Goed antwoord!
Dit komt ook in het artikel in de krant naar voren. Voor velen is Lucas 2 hét kerstverhaal. Het werkt niet om met Kerst iets anders te doen. Dat is ook niet erg, want het is een rijk verhaal.
Maar er kwam nog een antwoord van zoonlief achteraan:
‘Ik vind eigenlijk wel dat je het ook over de actualiteit moet hebben’.
Dat was ik gelijk met hem eens.
Maar die actualiteit is niet zo mooi en zoetsappig als het kerstverhaal.
Of is het kerstverhaal misschien ook niet zo mooi en zoetsappig?
Mensen horen tijdens deze dagen graag chocomel-preekjes, zegt het artikel.
Maar dat kan ik niet en zal ik dan ook niet doen.
Mijn preek begint en eindigt in de actualiteit.
Juist omdat Kerst pas écht een feest wordt, als je ook eerlijk bent over de duisternis.
Ik worstel nog even verder, graag tot morgenochtend!